Al tijdens mijn studie bedrijfskunde hadden we het
over studentensyndroom. Een syndroom is een verzameling steeds tezamen
voorkomende problemen of ziektebeelden, waarvan de oorzaak niet bekend is. Het
woord syndroom komt van samenloop in het Grieks. Het studentensyndroom is
gebaseerd op het uitstelgedrag van studenten om op het allerlaatste moment nog te
leren en daarbij de minimale tijd te besteden om het toch te halen. Dit is dus
echt voer voor lean experts. Zij proberen juist wel te achterhalen waardoor dit
gedrag bij velen van ons ontstaat.
Iedereen herkent het wel. Je stelt iets net zo lang
uit totdat je het wel móet doen. In projecten en op het werk komt dat voor,
maar ook in je thuissituatie. Een paar voorbeelden:
· Het strijken van de was
uitstellen totdat je de kleding echt nodig hebt.
· Pas gaan schilderen als het echt
nodig is.
· Stel er komt visite, dan op
laatste moment alles nog op te ruimen en netjes te maken.
· De kast pas opruimen als er echt
een noodzaak is omdat je iets niet meer kwijt kunt of iets niet meer kunt vinden.
· De belasting invullen net voor de
gestelde deadline.
De noodzaak om het voor een deadline af te hebben,
zorgt ervoor dat je heel productief wordt, omdat je dan heel scherp bent en
alleen doet wat echt nodig is. Als je maar genoeg tijd hebt om een klus af te
maken, dan heb je al snel de neiging om het werk uit te stellen tot de klus
urgent en onvermijdelijk wordt. Vervolgens worden we op het allerlaatste moment
super productief en een wondertje voltrekt zich: we krijgen het werk nog net op
tijd klaar.
Het studentensyndroom is net als de Wet van
Parkinson het werk van Cyril Northcote
Parkinson. Hij stelt dat mensen pas aan
een taak beginnen als het opleverpunt in zicht is. Enerzijds zou je kunnen
zeggen dat de activiteit heel efficiënt en just-in-time in een flow uitgevoerd
wordt, echter heel vaak gaat het gepaard met stress, lagere kwaliteit of
overschrijding van de afgesproken tijdslijn met allerlei smoezen uit het groten
smoezenboek als gevolg.
Naar mijn mening moet je juist een balans vinden om
de meeste activiteiten op tijd te starten zodat je kwaliteit kunt leveren en
van dingen kunt genieten. Je kunt dan beter keuzes maken dingen niet te doen,
dan alles half te doen. Op zich is er in de privé omgeving niks mis met
uitstelgedrag omdat het misschien onnodige acties beperkt.
Redenen waarom je zou kunnen ‘lijden’ aan
studentensyndroom:
1. Je vindt het niet leuk om te doen
en stelt het liever uit.
2. Je hoopt dat van uitstel afstel
komt en dat je het helemaal niet hoeft te doen.
3. Je vindt de spanning wel leuk of hebt
de spanning van de deadline nodig om energie te hebben om te beslissen te
starten.
4. Je wilt voorkomen dat je iets
voor niks doet.
5. Je stelt het uit in de hoop dat
je het kunt combineren met een andere activiteit. Of je hoopt dat het dan
minder werk is.
6. Je wilt de activiteit in 1 keer
afronden en er niet in delen aan werken.
In welke mate lijd jij aan studentensyndroom en vind
je dat erg?
Als je jezelf – al dan niet getriggerd door medeleefgenoten
- betrapt op ongewenst studentengedrag, dan zijn hier wat tips om eraan te
werken:
· Daag
jezelf uit met heldere planningen of afspraken
Je kunt jezelf opleggen om activiteiten te plannen, zoals bijvoorbeeld:
·
Voordat je weggaat van huis heb
je de vaatwasser leeggeruimd.
·
Je doet tenminste 2 wasbeurten
door-de-week, zodat niet alles in het weekend gewassen moet worden.
·
Je doet voor het einde van de
maand de financiële administratie.
·
Je werkt iedere week of 2 weken
in de tuin om de container te vullen en te voorkomen dat je teveel tuinafval in
1 week hebt.
· Houd
de tijd bij. Hoeveel tijd besteed je eraan?
Stel, je weet hoe lang het duurt
om de beneden verdieping gedegen te stofzuigen, dan kun je ook tijdig beginnen
en het werk ineens afronden. Je kunt dan bewuster kiezen wanneer je met de
activiteit start.
· Als
je het lastig vind om te beginnen, verdeel het dan in stukken
Door het kleiner te maken is het makkelijker te plannen en kun je er
makkelijker mee beginnen. Als je vindt dat je de tuin moet doen, dan is het
veel werk. Als je zegt grasmaaien, dan weet je beter hoe lang het duurt en rond
je eerst een activiteit af.
· Perfectionisme
is een slechte raadgever voor productiviteit
Stel je grenzen hoe goed iets moet wezen. Bijvoorbeeld het schoonhouden van de
keuken kan zomaar een dagelijkse hoofdtaak worden, omdat bij ieder gebruik van
de keuken alles schoongemaakt moet worden.
· Doe
alles wat je direct kunt doen en kunt afronden ook direct
Activiteiten waarvan je al weet
dat het toch moet gebeuren, doe het dan direct, dan ben je er vanaf. Je hoeft
het niet meer te onthouden en je hoeft er ook niet meer over na te denken.
· Beloon
jezelf
Op het moment dat je iets conform je planning hebt gedaan, waardeer dat dan.
Het helpt om de volgende keer weer te plannen.
Tot slot: Kies de
structuur die bij je past!
De kern van Lean is the voice of the customer. Je zult zelf met je leefgenoten moeten
bepalen welke kwaliteit je wilt leveren en op basis daarvan een balans vinden
tussen plannen en just-in-time te leveren. Vast en zeker dat bewuste keuzes
hierin een bijdrage leveren aan je gevoel van geluk!